Er zijn verschillende soorten motivatie. In het schema hieronder zie je het onderscheid:
Veel motivatie |
|
Weinig motivatie |
|
Intrinstieke motivatie |
Persoonlijk belang |
Interne verplichting |
Extrinsieke motivatie |
Jezelf inzetten omdat je het zelf graag wilt |
Jezelf inzetten omdat je het belang of het nut ervan inziet |
Jezelf verplichten je in te zetten om teleurstelling/boosheid van anderen te vermijden |
Je inzetten voor een positief resultaat of beloning |
Ik doe mijn best tijdens het voetballen omdat ik het leuk, interessant en/of uitdagend vind |
Ik doe mijn best tijdens het voetballen, omdat het gezond is om fanatiek te sporten, maar ook zodat ik positief opval bij de voetbalcoach en mijn teamgenoten |
Ik doe mijn best tijdens het voetballen, omdat ik mijn teamgenoten niet teleur wil stellen |
Ik doe mijn best tijdens het voetballen omdat mijn voetbalcoach mij dan een belangrijke speler vindt |
Welke soorten motivatie herken je bij welke spelers uit jouw team? En op welke momenten zijn jouw spelers intrinsiek gemotiveerd of leren ze omdat ze het persoonlijk belangrijk vinden?
Wat werkt motiverend?
Intrinsieke motivatie is de meest wenselijke vorm van motivatie. Als kinderen intrinsiek gemotiveerd zijn, beleven zij namelijk op de lange termijn meer plezier aan voetballen en zijn zij op de lange termijn meer gemotiveerd om te leren. Je kunt de intrinsieke motivatie van kinderen stimuleren door hen te voorzien in de drie basisbehoeften: autonomie, binding en competentie.
Een pedagogisch verantwoord voetbalklimaat creëren.
Structuur
Naast de drie basisbehoeften is structuur bieden een belangrijke voorwaarde voor het verantwoord motiveren van spelers. Je creëert structuur door duidelijke regels en heldere verwachtingen uit te spreken. Zo geef je jouw spelers zekerheid en zal hun motivatie toenemen. Je kunt ook te veel structuur bieden, waardoor je als voetbalcoach te controlerend wordt. Je hebt vooral je eigen agenda voor ogen, neemt niet meer het perspectief van je speler in en gebruikt dwingende taal. Op de korte termijn kan dit ervoor zorgen dat je spelers aan de slag gaan en doen wat je van ze verwacht, maar op de lange termijn leidt het ertoe dat je spelers extrinsiek gemotiveerd raken of een interne verplichting voelen.
Verschillende voetbalcoaches
Als je de juiste balans weet te vinden in het voorzien van de drie basisbehoeften en het bieden van structuur, stimuleer je de motivatie van je spelers. Iedere voetbalcoach doet dit op een eigen manier. Het is wel goed om jezelf af te vragen wat het meest zal bijdragen aan de intrinsieke motivatie van jouw spelers. Er zijn grofweg drie stijlen te onderscheiden, maar uiteraard zijn ook andere (tussen)varianten mogelijk.
Permissieve stijl: weinig structuur, veel autonomie
De voetbalcoach biedt veel keuzes en zelfstandigheid, maar staat veel toe en stelt geen duidelijke kaders. Bij deze voetbalcoach is de kans groot op chaotische situaties. Dit kan ervoor zorgen dat spelers niet goed weten waar ze aan toe zijn en onzeker worden of storend gedrag gaan vertonen.
Dwingende stijl: veel structuur, weinig autonomie
De voetbalcoach biedt veel duidelijkheid en helderheid, waarbij de voetbalcoach op een dwingende manier de controle houdt. Kinderen moeten heel veel en er is weinig ruimte voor eigen inbreng, wat ten koste kan gaan van de intrinsieke motivatie van de spelers.
Motiverende stijl: veel structuur, veel autonomie
De voetbalcoach geeft duidelijke richtlijnen aan, maar legt uit waarom, laat ruimte voor inspraak van spelers en biedt keuzes. Deze combinatie van vrijheid en structuur blijkt voor kinderen het meest motiverend. Het zorgt ervoor dat ze zich bekwaam en zelfstandig voelen, en ook de band tussen jou en jouw spelers zal hierdoor worden versterkt.
Reflectie en visie
Om in te zien in hoeverre jij als voetbalcoach je spelers motiveert, kun je jezelf de volgende reflectievragen stellen:
- Hoe maak je de regels in jouw team duidelijk? Op basis van inspraak van spelers, of vertel jij welke regels er gelden in jouw team?
- Hoe begeleid je jouw spelers over het algemeen bij het leerproces? Geef je ruimte voor inspraak en het maken van eigen keuzes? Of vertel jij wat er geleerd gaat worden?
- Hoe zou je jouw trainingsstijl over het algemeen typeren? En waarom?
Ook kun je je afvragen hoe andere voetbalcoaches hun spelers gemotiveerd houden. Dit is niet alleen interessant, maar ook nog eens leerzaam. Deel jouw visie daarom eens met een andere voetbalcoach en bespreek ‘lastige’ situaties ook met jouw voetbalinhoudelijk aanspreekpunt; het Hoofd Opleiding of de coördinator. Iedere training waarbij jij minder plezier ervaart doordat de motivatie bij jouw spelers ontbreekt, is doodzonde voor zowel je eigen plezier als dat van de spelers!